Drie jaar geleden. Nog exact 7 dagen
tot de uitrekendatum en ik voelde de spanning met de minuut stijgen.
Alles was klaar en we waren het lange wachten duidelijk beu. De week
daarvoor hadden we de zogeheten 'generale repetitie' bij de cursus
Samen Bevallen gedaan en op de terugweg zei Maartje: 'Ik geloof echt
dat ik er nu klaar voor ben.'
Ik sprong een klein gaatje in de lucht,
maar inmiddels waren we alweer een week verder en was er nog niks
gebeurd.
Die nacht had ze haar hart nog gelucht
en ik had stille hoop dat dat genoeg ruimte had gegeven om het proces
op gang te brengen. Dat bleek inderdaad zo te zijn.
Op de middag van de 9e oktober ging ik
nog even de deur uit voor wat boodschappen. Toen ik terugkwam stond
Maartje me met betraande ogen op te wachten: 'Ik geloof dat mijn
vliezen zijn gebroken.'
Mijn eerste reactie was: 'Waarom heb je
me niet meteen gebeld?'
Waarop zei, nuchter als ze is,
antwoordde: 'Joh, het kan nog uren duren voordat er wat op gang komt
en we moeten toch ook wat eten in huis hebben. Zeker nu.' En dus
gingen we maar samen de hond uitlaten, want ook dat moest gewoon nog
gebeuren.
Maar halverwege bleef ze even staan. De
overbezorgde aanstaande vader in mij sprong meteen aan: 'Wat is er
lieverd?'
'Ik geloof dat ik een wee voelde, maar
weet het niet zeker, het is in elk geval nog niet heel pijnlijk.'
Zo terugkijkend, drie jaar later, valt
het me op dat ik me dat eerste uurtje nog heel letterlijk kan
herinneren. Maar wat er daarna gebeurde is een grote brij aan
herinneringen. We hebben samen nog gegeten en iets gezegd in de trand
van 'onze laatste maaltijd met zijn tweetjes'. Maar ik kan het me
niet zo goed meer voor de geest halen.
Ik weet ook nog dat we de film van de
3D-pretecho samen hebben gekeken, vol ongeloof dat dat kindje er nu
echt aan zat te komen. En dat we een legpuzzel van zolder hebben
gehaald om de tijd te doden. De dagen daarop heeft de
kraamverzorgster daar nog heel wat stukjes van aangelegd.
Maar hoe de nacht zich verder
ontwikkeld heeft, ik weet het echt niet meer. We zijn thuis bevallen
en ik heb elke wee meegedaan met Maartje: Op bed, op de bank, op een
stoel, onder de douche, tegen de muur. Altijd op zoek naar de beste
houding voor haar (en voor mezelf)
En toen was het vijf uur 's morgens en zaten we samen op de
baarkruk en kwam er een klein bruin verfrommeld ding uit haar
tevoorschijn. Mijn eerste gedachte was 'Alien!' en mijn tweede
gedachte was 'Welnee, dat is het hoofdje, maar het is een negertje!'
En toen kwam de rest eruit en bleek het gewoon een hoofdje met haar
te zijn geweest waar ik tegenaan had gekeken.
En dat hoofdje hoorde bij onze Nienke
en ze huilde en Maartje huilde en ik huilde en dat doe ik nu weer,
terwijl ik dit type.
Daarna volgt weer een mengelmoes van
vage herinneringen, met een duidelijke uitzondering: In de loop van
de ochtend ben ik Ronnie uit gaan laten en het was een prachtige
mooie dag en ineens drong het tot me door: IK BEN VADER!