We zijn een weekje in een Centre Parcs.
We leren Nienke de eerste dag dat ze ons huisje kan herkennen omdat
onze auto er voor staat. Dat gaat goed zolang we op het terrein
blijven en de dingen te voet of met de fiets doen. Elke keer als we
Ronnie uitlaten, boodschappen doen of naar een speeltuin zijn geweest
roept ze enthousiast ''Daar is onze auto, dus daar is ons huisje!''
In de loop van de week zegt ze zelfs
''Dat is ons huisje, want daar zijn onze spullen in.''
Maar dan gaan we een dagje met de auto
naar de dierentuin. Als we terugkomen zeggen wij ''Hoe moeten we nou
ons huisje herkennen, want onze auto staat er niet voor?''
Ze lijkt hier echt een beetje van
ontdaan. Maar omdat we ook bezig zijn haar de cijfers te leren geven
we haar een educatieve oplossing: ''Kijk maar naar de cijfers die bij
de deuren staan, zie je ze? Kijk, deze hier heeft 151; Een 1, een 5 en een 1. Wij moeten 160 hebben, met een 1 een 6 en een
0.''
Dat blijkt toch nog wat te moeilijk
voor haar te zijn, want ze ziet de bordjes niet. Of misschien ziet ze
ze wel maar vind ze samengestelde cijfers nog te moeilijk.
Maar het blijkt geen van tweeën te zijn,
want als we de auto bij 160 neerzetten zeggen we ''Dit is ons huisje
Nienke, kijk maar eens wat er daar op het bordje staat.''
Dan kijkt ze naar het bordje en zegt
''Een 1, een 6 en een raar rondje.''
Geen opmerkingen:
Een reactie posten